Natriumbatterij heeft Pruisisch wit nodig

Pruisisch wit

Pruisisch wit komt voor in twee kristalvormen (afb: Sebastian Baumgart et. al/Batteries & Supercaps)

Natriumionbatterijen worden gezien als de wat minder schadelijke (want veel uitbundiger aanwezig op aarde benodigde elementen) opvolger van lithiumionbatterijen, maar die zouden afhankelijk zijn van Pruisisch wit, het scheikundige familielid van Pruisisch blauw als kathodemateriaal. Pruisisch wit wordt echter nauwelijks gefabriceerd in Europa, moesten onderzoekers van het technologisch instituut in Karlsruhe constateren en dus hebben ze zelf maar een bedrijf gesticht, Litona (staat voor lithium naar natrium), dat dat spul gaat produceren.
Natriumionbatterijen zouden vele voordelen hebben boven de nu dominante lithiumionbatterijen en -accu’s. Ze bevatten geen lithium (maar wel natrium) of kobalt, elementen die niet voor het opscheppen liggen en waarvan de winning veel schade veroorzaakt. In die batterijen zit ook Pruisisch wit (grondformule Na2Fe[Fe(CN)6; in het persbericht staat dat dat bestaat uit ijzer (Fe) natrium (Na) en mangaan (Mn), dus het Pruisisch wit van Litona ziet er iets anders uit; as).
Dat materiaal wordt gebruikt voor de kathode. Natriumionbatterijen zijn volgens Sebastian Büchele van het KIT in het voordeel boven lithiumionbatterijen omdat de stoffen die je daar voor nodig hebt ruim voorhanden zijn. “Ik ben ervan overtuigd dat we die binnenkort in grote hoeveelheden zullen produceren voor elektrische voertuigen en als opslagsystemen.”

Puntje was alleen dat dat zo belangrijke Pruisische wit lastig te krijgen was. “Vrijwel nergens in Europa wordt dat gefabriceerd, waardoor de ontwikkeling van de natriumionbatterijen aanzienlijk afgeremd wordt.” Dus besloot Büchele die stof dan maar zelf te gaan produceren. In eerste instantie gebeurde dat bij het instituut waar hij werkte, maar kennelijk smaakte dat naar meer en werd samen met de scheikundige Tom Bötticher Litona opgericht. “We denken dat we dat probleem nu opgelost hebben”, zegt Büchele.

Bron: Alpha Galileo

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *