Het gaat niet goed met het zeeijs rond het koudste deel van de aarde (Antarctica). In de winter van 2023 verminderde het zeeijsoppervlak rond dit continent. Die afname is volgens onderzoekers rond Simon Josey van het oceanografisch centrum in Southampton (VK) een belangrijk nieuwe bron van warmteafgifte van de oceanen aan de atmosfeer en waardoor stormen op een rond Antarctica vaker zullen voorkomen.Recente afname van het Antarctische zeeijs is een grote bron van zorg, met name het recordlaagtepunt in 2023, schrijven de onderzoekers. Hoe groot dat verlies is is nu redelijk in kaart gebracht, maar er blijft onzekerheid bestaan over de gevolgen voor de wisselwerking tussen oceaan en atmosfeer, gaan ze verder. Dat te weten vinden ze belangrijk, aangezien de ijsafname het warmteverlies van het oceaanoppervlak aan de atmosfeer aanzienlijk kan veranderen.
De zeeijsoppervlak in deze gebieden (voornamelijk gelegen in de Weddell-, Bellingshausen- en Rosszee) gaat tot wel 80% achteruit en gaat gepaard met een ongekende verhoging (een verdubbeling) van het warmteverlies van de oceaan in het midden van de winter. Ook is er een faseverschuiving in de tijd van piekwarmteverlies van eind april tot half juni, met een zwakker dan normaal warmteverlies in de herfst op het Zuidelijk Halfrond.
De intensivering van het warmteverlies aan het oppervlak in de winter gaat gepaard met substantiële veranderingen in de oceaan/atmosfeeruitwisseling. Dat betekent daar dat er vaker stormen zullen ontstaan, maar ook dat de dichtheidsverdeling van het water verandert. Wat dat allemaal voor het klimaat betekent zal nog nader onderzocht moeten worden, maar de onderzoekers zijn niet optimistisch.
Bron: Nature